Het laten steriliseren van uw hond, kat of konijn heeft verschillende gezondheidsvoordelen.
Bij de poes voorkomt steriliseren:
- Krolsheid en zwangerschap
- Baarmoederontsteking en baarmoedertumoren
- Borstkanker (80% kwaadaardig bij de kat)
Aangezien de meeste huiskatten na 6 maanden erg snel geslachtsrijp worden en veel problemen rond die periode beginnen, adviseren wij om poezen met 6 maanden te steriliseren.
Bij de teef voorkomt steriliseren:
- Melkkliertumoren op latere leeftijd
Door de vrouwelijke hormonen uit de eierstokken wordt het ontstaan van melkliertumoren gestimuleerd. Hoe jonger de teef gesteriliseerd wordt, hoe minder de hormonen kunnen inwerken op het melkklierweefsel en hoe kleiner de kans is op melkliertumoren. - Baarmoederontsteking op latere leeftijd
Wordt een teef niet gesteriliseerd dan staat zij haar hele leven onder invloed van vrouwelijke hormonen. Dit leidt vaak tot een baarmoederontsteking op latere leeftijd. De baarmoeder zal dan alsnog operatief verwijderd moeten worden. Doordat de teef er vaak zeer ziek van is, is ze dan in een slechtere conditie om de operatie te ondergaan.
Andere voordelen zijn:
- De teef wordt niet meer loops (geen gedoe)
- Ze kan niet meer gedekt worden
- Ze kan niet meer drachtig of schijnzwanger worden
Bij het konijn (voedster) voorkomt steriliseren baarmoederkanker.
Baarmoederkanker is de meest voorkomende vorm van kanker bij het konijn en is te voorkomen door het konijn voor het 2e levensjaar te steriliseren. Of een voedster wel of niet een nest heeft gehad speelt geen rol. Ook een voedster waarmee gefokt is, komt in de risicogroep wanneer gestopt wordt met fokken. Konijnen jonger dan 2 jaar behoren nog niet tot de risicogroep, terwijl 50-80% van de voedsters ouder dan 4 jaar er uiteindelijk aan kan lijden. Het ene ras is gevoeliger dan het andere. Het gezwel dat ontstaat heet adenocarcinoma, is kwaadaardig en groeit erg langzaam. Symptomen zijn: bloed in de urine of bloederige vaginale uitvloeiing. Vrij vroeg kan de kanker zich uitbreiden in de baarmoederwand en de directe omgeving van de baarmoeder. Met lichamelijk onderzoek en echo en röntgenfoto’s is de ziekte vast te stellen. Na 1 tot 2 jaar is er kans op uitzaaiingen naar bijvoorbeeld de lever en de longen.
Zijn er ook nadelen ?
Een nadeel van steriliseren is dat de hond / kat haar voer makkelijker om zet in vet en daardoor dus kan aankomen in gewicht. Dit kan voorkomen worden door de hond preventief een light-dieet of wat minder eten te geven. Konijntjes ouder dan 4 jaar lopen een groter operatierisico.
Incontinentie
Een ander nadeel is incontinentie na sterilisatie. Wij raden aan om bepaalde grotere hondenrassen 1 keer loops te laten worden. Doordat de werking van de vrouwelijke hormonen op de blaashalsspier wegvalt, is er een kleine kans op incontinentie (8 op de 100 honden). Dit is overigens tegenwoordig uitstekend met eenvoudige medicatie te verhelpen en weegt niet op tegen alle voordelen die gepaard gaan met een sterilisatie. Bij kleinere honden zie je overigens zelden of nooit incontinentie na sterilisatie.
Alternatieven?
De loopsheid kan worden uitgesteld met een prikpil (een injectie om de loopsheid te onderdrukken). Deze injectie dient iedere 6 maanden gegeven te worden. Nadelen van deze injectie zijn een verhoogde kans op o.a. suikerziekte, melkkliertumoren en baarmoederontsteking. Wij raden deze prikpil liever af. Steriliseren is altijd te verkiezen boven de prikpil.